Voedselbanken zijn zowel op korte als op lange termijn niet de oplossing voor het armoedeprobleem. Het is niet emancipatorisch, willekeurig en selectief, het maakt mensen afhankelijk en het aanbod komt de gezondheid van de mensen niet ten goede. Voedselbedeling kan zelfs de afbouw van structurele armoedebestrijding in de hand werken. Als noodhulp kan het daarentegen wel een belangrijke rol innemen. Structurele beleidsmaatregelen zoals de sociale kruidenier, gezinsondersteuning en het verhogen van uitkeringen kunnen voedselhulp stilaan afbouwen.

Sinds eind jaren tachtig zijn er steeds meer voedselbanken bijgekomen in België, ook het aantal gebruikers is gestegen. De vraag is of voedselbedeling bijdraagt aan het oplossen van het armoede probleem of eerder het probleem in stand houdt? De nodige kanttekeningen moeten gemaakt worden bij de rol van voedselbanken met betrekking tot armoede.

Op lange termijn is voedselbedeling geen structureel antwoord op het armoedeprobleem, maar ook op korte termijn is het problematisch. Het kan beschamend zijn voor mensen die er gebruik van moeten maken en het werkt geen verzelfstandiging in de hand. Ook is bij voedselbedeling willekeur en selectiviteit mogelijk. De criteria voor wie er geholpen wordt variëren van organisatie tot organisatie. Verder zou voedselhulp mensen afhankelijk maken, wat slecht is voor hun zelfbeeld en vaardigheden. Als laatste zijn gebruikers afhankelijk van een zeer beperkt aanbod aan voedsel wat de gezondheid van mensen in armoede niet ten goede komt.

Voedselbedeling kan op lange termijn als gevolg hebben dat structurele armoedebestrijding wordt afgebouwd. Wel moet er vermeld worden dat de aanwezigheid van voedselbedeling andere problemen aan het licht kan brengen en mensen in moeilijke periodes kan ondersteunen zodat ze de ruimte hebben om er weer bovenop te komen.

Het Kinderrechtencommissariaat oogt op een tweedelige oplossing. Het is belangrijk dat kinderen thuis genoeg gezonde voeding hebben want thuis eten sluit het beste aan bij de leefwereld van kinderen. Door naar een sociale kruidenier te gaan kunnen ze de kosten voor voeding beperken. Daarnaast moet er ingezet worden op gezinsondersteunende diensten en laagdrempelige werkingen zodat mensen in armoede hun weg vinden naar diensten die hun vooruit kunnen helpen.

Voedselhulp kan dienen als noodhulp om mensen er weer bovenop te helpen maar niet als structurele oplossing. Het plots stoppen van voedselbedeling daarentegen is geen goede oplossing. Er zijn bijvoorbeeld groepen die de overheid niet kan en mag ondersteunen zoals mensen zonder papieren. Een belangrijke stap voor het terugdringen van voedselhulp is het verhogen van een aantal sociale uitkeringen. Dit zou mensen (terug) zelf in staat stellen om voeding aan te kopen, zodat er voor hen geen nood meer is aan hulp van vrijwilligers die hier in de eerste plaats niet verantwoordelijk voor zijn.